‘Elke individuele kandidaat doet er toe’

Al bijna 160 jaar kunnen kandidaten in Nederland staatsexamens voortgezet onderwijs (vo) doen. ‘Dat is iets om te koesteren’ vertelt Angélique Coenraads, programmamanager staatsexamens vo. ‘De staatsexamens bieden iedereen een kans om examens voortgezet onderwijs af te leggen en deelcertificaten of een diploma te halen. Daarmee vormen ze een springplank naar een volgende stap in het leven van de kandidaten.’

Angélique Coenraads, programmamanager staatsexamens voortgezet onderwijs

Een staatsexamenkandidaat kan voor elk vak op vmbo-, havo-, en vwo-niveau examen doen. Voor deze vakken krijgen kandidaten een certificaat. Zij kunnen het behalen van een diploma over een aantal jaren spreiden. Deze kandidaten vormen een uiteenlopende groep: een deel bereidt zich individueel voor op een examen zoals vroegtijdige schoolverlaters, chronisch zieke leerlingen, ouderen of gedetineerden. Anderen volgen voortgezet speciaal onderwijs (vso) of zijn leerlingen op particuliere scholen zonder examenlicentie. Kandidaten die staatsexamen doen, maken het centraal (schriftelijk) examen op hetzelfde moment als reguliere vo-kandidaten. Het college-examen vervangt het schoolexamen zoals dat in het reguliere onderwijs wordt afgenomen. Dit college-examen wordt in de zomer afgenomen, na het centraal examen. Het bestaat meestal uit een mondeling examen.

Goede exameninhoud, goede mensen en een goede examenomgeving

‘In al die jaren hebben de staatsexamens zich steeds ontwikkeld’, vertelt Angélique. ‘Voorheen gingen de meeste kandidaten op voor een diploma, terwijl er nu veel meer kandidaten zijn die alleen certificaten willen behalen. Dat komt ook door een verschuiving in de populatie. Veel meer leerlingen uit het voortgezet speciaal onderwijs (vso) doen staatsexamens. De grotere toestroom aan kandidaten brengt nieuwe uitdagingen met zich mee. Juist omdat veel kandidaten geen regulier onderwijs (kunnen) volgen, vraagt dit maatwerk en extra aandacht. Ons doel vanuit het programma staatsexamens is om jaarlijks alle ruim 8.000 kandidaten een zo goed mogelijk examen aan te bieden.’ Angélique legt uit dat drie kwaliteitspijlers rond iedere kandidaat dit doel helpen verwezenlijken: een goede exameninhoud, goede mensen bij het afnemen en beoordelen van de examens én een goede examenomgeving. ‘Je creëert dus de omstandigheden waaronder een kandidaat zo optimaal mogelijk kan presteren, terwijl de diplomawaarde gegarandeerd blijft. Iedereen springt over dezelfde lat.’ 

Loyaal en betrokken

‘Elk jaar maken zo’n 1.600 examinatoren ((oud-)docenten), ruim 400 surveillanten en andere betrokkenen de staatsexamens mogelijk. En dat vaak naast de normale invulling van hun werkweek, in een korte periode in mei en in de zomervakantie. Het is geweldig hoe trouw en betrokken de meesten zijn. We proberen dit ‘werk’ zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Het hoeft niet gratis en we investeren in professionalisering, bijvoorbeeld door het aanbieden van trainingen. Door de toeloop van kandidaten hebben we meer mensen nodig. Het blijkt best lastig nieuwe mensen te binden. Deels door de krappe arbeidsmarkt en ook omdat mensen hun vrije tijd steeds meer waarderen.’ 

Verbeteragenda

‘Om het hoofd te kunnen blijven bieden aan de groei van het aantal kandidaten, de vraag naar meer examenbetrokkenen én het kunnen bieden van maatwerk is het nodig de staatsexamens toekomstbestendig te maken. Daarom heeft de Tweede Kamer in 2021 de Verbeteragenda staatsexamens vo in het leven geroepen. Het CvTE heeft hiervoor samen met DUO een voorverkenning gedaan. We hebben met betrokkenen uit het veld gesproken, kansen en knelpunten benoemd en mogelijke oplossingen met consequenties voor verschillende partijen in kaart gebracht. Nu onderzoeken we wat deze en andere wensen betekenen voor het CvTE en DUO. Eind 2024 willen we ons eindrapport presenteren.’

Verschillen in informatiebehoefte

Angélique noemt enkele van de besproken thema’s: ‘Een van de oplossingsrichtingen die naar voren kwamen is het spreiden in de tijd van de college-examens. Dit spreiden komt én tegemoet aan de behoefte van kandidaten én kan voor examenbetrokkenen de piekbelasting in de zomer mogelijk verminderen. Een heel andere vraag is hoe je de informatie aan examenkandidaten kan verbeteren. Ongeveer 50% van de kandidaten volgt speciaal onderwijs. Zij worden via de scholen intensief begeleid naar en tijdens de staatsexamens. Die examens worden ook op de scholen zelf afgenomen. Maar de andere groep kandidaten gaat voor het grootste deel niet naar school en heeft daardoor een heel andere behoefte aan informatie. De grootste opgave is hoe je hen bereikt en zo goed mogelijk ondersteunt op weg naar en tijdens het examen.’ 

Expertise vso-scholen benutten

‘Een ander belangrijk thema is hoe je de kwaliteiten van het speciaal onderwijs beter kunt benutten. Docenten op vso-scholen hebben tenslotte veel expertise met leerlingen die door bijvoorbeeld lichamelijke, psychische en psychosociale problemen extra ondersteuning nodig hebben. Hoe kunnen wij deze docenten meer betrekken bij de staatsexamens en hun expertise en ervaring inzetten voor alle kandidaten? Dat biedt kansen om de examenkwaliteit te verbeteren. Het gaat er tenslotte om dat wij elke kandidaat de beste mogelijkheid bieden om examen te doen. We moeten voorkomen dat kandidaten verstrikt raken in procedures en protocollen. Die zijn noodzakelijk, maar mogen nooit belemmerend werken. Elke individuele kandidaat doet ertoe. Dat gaat mij echt aan het hart.’